Eastermar / Oostermeer
Al in de prehistorie waren verschillende hooggelegen gronden rondom Eastermar bewoond. Door de gunstige ligging bij het Burgumer Mar en de aanwezigheid van veel bomen kwamen hier nederzettingen tot stand. De eerste aaneengesloten bebouwing ontstond echter in het huidige buurtschap It Heechsân. Dit was het oude agrarische dorp. Hier moet in de middeleeuwen al een flinke nederzetting zijn geweest; er werd althans een kerk gebouwd. Deze kerk werd in 1869 gesloopt. Alleen de toren aan de Torenlaan bleef eenzaam achter.
Aan het eind van de 16de eeuw kwam de ontginning van de veengronden aan de zuidwestkant van het oude dorp goed op gang. Daardoor ontwikkelde zich hier een nieuwe bevolkingsconcentratie en kwam het accent voor wat betreft de bevolkingsgroei te liggen in de omgeving van ’t Wâltsje en Snakkerburen, het huidige dorp Eastermar. Deze ontwikkeling kwam hoofdzakelijk door de vervening, die een tijd lang grote welvaart en bedrijvigheid in het huidige Eastermar bracht. Daardoor kon deze uitbuurt aan de Lits zo groeien dat het het moederdorp (’t Heechsân) boven het hoofd groeide.
Vanouds was het dorp Eastermar zeer welvarend. De jaarmarkten waren beroemd en druk bezocht, waarvan de eerste in juni en de tweede in september gehouden werd. Uit vroegere tijden zijn nog verschillende oudere gebouwen bewaard gebleven. De straatjes ’t Wâltsje met zijn perenbomen langs het water en de E.M. Beimastraat zijn zeer schilderachtig. Dit maakt Eastermar tot een authentiek en één der mooiste dorpen van de gemeente.
Naast het eerder genoemde It Heechsân is It Wytfean (Nederlands: het Witveen) tevens een buurtschap. Het bestaat nu hoofdzakelijk uit boerderijen ten zuidwesten van het huidige Eastermar. It Wytfean is ontstaan tijdens de verveningswerkzaamheden rond Eastermar. De methode van turfmaken had ook rond Eastermar wel tot gevolg dat veel hooi- en weiland verdween. Na de vervening bleef er dan vergraven land achter zodat het meertje De Leijen kon ontstaan.
Een laatste bebouwingsconcentratie is Skûlenboarch nabij de brug over het Kolonelsdiep, Het is in de 16de eeuw ontstaan, oorspronkelijk alleen bestaand uit het huis behorende bij het vallaat. Later werd door de ontstane bedrijvigheid de bebouwing uitgebreid. De bebouwing ten zuiden van het kanaal behoort tot het dorpsgebied van Eastermar, de bebouwing ten noorden hiervan tot het dorp Jistrum.
Het landschap rond Eastermar wordt getypeerd door de zgn. “diken”, dit zijn hoge met bomen begroeide wallen rondom de landerijen. Deze wallen geven een zeer eigen karakter aan het landschap. Dit landschap wordt doorsneden door talrijke zandwegen, meestal omzoomd door elzen, eiken en ander geboomte. Er is in de gemeente Tytsjerksteradiel geen dorp met zoveel wegen en paden als in Eastermar. Eastermar ligt ook voor de waterrecreatie gunstig: tussen Burgumer Mar en De Leijen.
Het dorp op de kaart: